[Cap. VIII.] De Disciplina.

= De tucht

In morum autem censura correctioneque Christi institutio per omnia obseruetur, vt in criminibus occultis, et à publico scandalo remotis nemo ad ecclesiae iudicium trahatur nisi obstinato animo saepius repetitas monitiones fastidiosè reiecerit. Delatus autem ad Consistorium seriò moneatur: et nisi resipuerit tanquam putre membrum abscindatur.

= Wat de censuur en de bestraffing over de levenswandel aangaat zal men in alles de instelling van Christus volgen. Bij geheime zonden die geen openbare ergernis gegeven hebben wordt niemand voor de vierschaar van de kerkenraad gebracht, tenzij hij hardnekkig de zeer dikwijls herhaalde vermaningen verachtelijk verworpen heeft. Is hij aangeklaagd bij de kerkenraad dan zal hij ernstig vermaand worden en, indien hij geen berouw heeft, als een verrot lid worden afgesneden.