[Cap. II.] De Ministris et Doctoribus.

= De dienaren en leraren.

Quibus tamen locis plebs ad electionem minus erit idonea, vel propter fidelium infrequentiam vel propter hominum doctorum expertorumque inopiam, vel propter contraria partium studia: vel denique propterea quod nulli ante hac Ministri, nullaque ecclesiae constitutio iis locis fuerit, non putamus nisi accedente alterius, eiusque praecipuae alicuius, et si fieri potest, vicinae ecclesiae authoritate ac iudicio in ministerium ascisci quemquam posse.

= In plaatsen echter waar het volk nog minder geschikt is om ambtsdragers te verkiezen, hetzij vanwege het kleine aantal gelovigen, hetzij vanwege het gebrek aan onderlegde en ervaren mannen, hetzij vanwege onderlinge partijstrijd, of ook wel omdat op die plaatsen nog niet eerder een dienaar of enige kerkelijke orde geweest is, zijn wij van mening dat men daar niemand in het ambt behoort te zetten, tenzij met behulp van het gezag en advies van een andere, liefst wat betekenende en zo mogelijk naburige kerk.