151. Wie behoort bij den kerkeraad de huwelijksbevestiging aan te vragen?

 

(1907.)

258. Voor zoover ik de zaak kan beoordeelen, geef ik u echter gaarne mijn gevoelen.

|223|

Al aanstonds is dit, dat kerkelijke bevestiging van een huwelijk bij den kerkeraad (of bij dezen door middel van den predikant) moet worden aangevraagd, niet door de bruid alleen, maar door den bruidegom, die het hoofd zijn zal van het te vormen gezin, welks kerkelijke positie dus ook door hem bepaald wordt, en waarvan hij allereerst de woordvoerder is. Dit zou ik dus ook in het door u bedoelde geval allereerst verlangen. Ge schrijft niet, of die man tot de Geref. kerk behoort. Maar ook al is dit niet het geval, dan moet de aanvrage toch van hem komen. Ja, alsdan is dit des te noodiger, omdat alsdan aan den kerkeraad blijken moet, dat hij zijn vrouw in hare Geref. belijdenis en in haar Geref. kerkverband niet zal hinderen noch daarvan willen aftrekken, — dat hij het gezin, waarvan hij het hoofd wordt tot de Geref. kerk zal laten behooren, — en dat hij zijne kinderen in die kerk zal laten onderwijzen en tot het H. Avondmaal laten gaan. Weigerde hij daarvoor genoegzame zekerheid te geven, dan zou bevestiging in de Geref kerk geen zin hebben en geheel ongeoorloofd zijn.


Rutgers, F.L. (1922)


KERKELIJK ADVIES BIJ
Kerkorde GKN (1905) Art. 70