Ordinantie 4 De ambtelijke vergaderingen

 

V. De generale synode

Artikel 25.

Samenstelling

Wanneer de kleine synode constateert dat de samenstelling van de generale synode zodanig is dat de aantallen synodeleden, gerekend naar hun behoren tot een protestantse gemeente, een hervormde gemeente, een gereformeerde kerk of een evangelisch-lutherse gemeente naar verhouding sterk afwijken van de aantallen tot de Protestantse Kerk in Nederland behorende protestantse gemeenten, hervormde gemeenten, gereformeerde kerken en evangelisch-lutherse gemeenten, kan ter correctie de kleine synode ten hoogste tien classicale vergaderingen aanwijzen opdat die naast de reeds door hen afgevaardigde synodeleden een tweede synodelid afvaardigen, waarbij de kleine synode bepaalt of deze van een protestantse gemeente, een hervormde gemeente, een gereformeerde kerk dan wel een evangelisch-lutherse gemeente ambtsdrager is en of deze een predikant, een ouderling die niet tevens kerkrentmeester is, een ouderling-kerkrentmeester dan wel een diaken dient te zijn.1


1 Wijziging kerkorde, ordinantie 4-25-5, besluit generale synode d.d. 23 september 2011, ingegaan 1 januari 2013.