Algemene overgangsbepalingen.

J. De provinciale kerkvergaderingen.

De afvaardiging van predikanten, ouderlingen, kerkvoogden en diakenen ter provinciale kerkvergadering geschiedt voor de eerste maal in dier voege, dat de classes der kerkprovincie, naar de volgorde van de kerkelijke indeling bedoeld in art. 32 van de ordinantie voor de ambtelijke vergaderingen, geacht worden doorlopend en met no. 1 te beginnen genummerd te zijn, waarna de afvaardiging geschiedt naar een der schema’s uit de overgangsbepalingen no. 73-78.