Bijzondere overgangsbepalingen.

 

Slotbepalingen.

Met het oog op de afwikkeling van zaken en de overdracht van werkzaamheden blijft, in afwijking van de in de reglementen der Kerk gestelde regelen inzake de periodieke aftreding per 31 December 1950, de samenstelling van
de classicale besturen
de provinciale kerkbesturen
de generale synode en
de algemene synodale commissie nog gedurende de eerste vier maanden van het jaar 1951 zoals deze op 31 December 1950 was en worden nadien ontstaande tussentijdse vacatures niet meer vervuld.