Ordinantie voor de kerkelijke financiën.

 

I. Het college van kerkvoogden.

Artikel 3.

De taak der notabelen.

Waar de plaatselijke regeling die bepaling bevat, geschiedt de aanwijzing van notabelen — tussen 15 November en 31 December — door en uit de lidmaten der gemeente, met gebruikmaking van het register van de tot stemming bevoegde lidmaten, genoemd in art. 3 van de ordinantie voor de verkiezing van ambtsdragers, terwijl deze aanwijzing in centrale gemeenten geschiedt uit en door de vergadering van kerkvoogden, bedoeld in het derde lid van art. 4 dezer ordinantie.