Ordinantie voor het pastoraat.

 

VIII. Bijstand in het pastoraat.

Artikel 36.

Pastorale medewerkers.

Een pastorale medewerker, die wegen het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd de bediening neerlegt, waarop de bevoegdheid om het Evangelie te prediken steunt, blijft gerechtigd, om op uitnodiging van de kerkeraad der gemeente zijner woonplaats of van een gemeente uit de kerkprovincie, waar hij laatstelijk werkzaam was, daar het Evangelie te prediken in een door hem, naar het bepaalde in het tweede lid van dit artikel, te leiden kerkdienst.