Hoofdstuk V
Het vermaan en de tucht van de kerk
I. Algemene bepalingen
Artikel
102 [109]
De tucht betreft de ergerlijke zonden, die hetzij als zodanig openbaar zijn, hetzij door verwerping van het broederlijk vermaan, door Christus in Mattheus 18: 15-16 bevolen, openbaar zijn geworden, hetzij op een andere verantwoorde wijze ter kennis van de kerkeraad zijn gekomen.