1.1.3 Gods toewending

Betrokken in Gods toewending tot de wereld, belijdt de kerk in gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift als enige bron en norm van de kerkelijke verkondiging en dienst, de drie-enige God, Vader, Zoon en Heilige Geest (art. I-3).

In zijn genade wendt God zich tot de wereld; in liefde keert Hij zich tot de schepping. Hij doet zijn aangezicht lichten, zodat wij Hem kunnen leren kennen. De verkondiging van Gods toewending is heil voor mensen. De betuiging van Gods beloften en geboden is gegrond in zijn toewending. Mens en wereld mogen daarin delen. In deze toewending wordt de kerk betrokken om haar een speciale plaats en specifieke opdracht te geven. Op het horen van de toewending van God tot ons antwoordt de kerk door zich toe te wenden tot Hem. De belijdenis van de kerk is opgenomen in de beweging die van God uitgaat naar de wereld toe.

Het horen van Gods betrokkenheid op de wereld brengt de kerk tot belijden in gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift. In zijn toewending wil God de kerk in dienst nemen met het oog op het Rijk dat komt. Vele malen heeft Hij op vele

|20|

wijzen door Mozes en de profeten gesproken en ten volle heeft Hij zijn toewending geopenbaard in Jezus Christus. Daarvan getuigt de Heilige Schrift, die de enige bron en norm is van de kerkelijke verkondiging en dienst. De Schrift zegt ons wat er te spreken valt en te doen staat. Bron en norm, zegt de kerkorde, want wat opwelt uit de Schrift is niet vrijblijvend, maar stelt de hoorder onder een verplichting: ‘Doe dit en gij zult leven.’ Het gaat daarbij om het belijden van de drie-enige God, die zich in de Vader, de Zoon en de Heilige Geest steeds dieper toewendt.

 

Verkondiging en dienst verwoorden de brede, onuitputtelijke taak van de kerk die is opgenomen in de toewending van God. Apostolaat en diaconaat wortelen in de toewending van God en zijn nauw verbonden met het belijden van de kerk. Het derde lid van art. I is opmaat naar lid 4. De Heilige Schrift gaat vooraf aan het belijden en staat boven elk belijdenisgeschrift. Zij is de eerste bron en uiteindelijke norm voor het belijden.