Generale regeling voor het gastlidmaatschap

 

Artikel 4.

De toelating tot het gastlidmaatschap

Voordat een kerkenraad iemand als gastlid aanvaardt, spreekt hij met betrokkene over de beweegredenen, alsmede over de plaats van het belijden van de kerk in het persoonlijk leven van betrokkene. In dit kader gaat de kerkenraad tevens na of de betrokkene in de eigen kerk gerechtigd is deel te nemen aan de viering van het heilig avondmaal, en vergewist hij zich ervan dat de betrokkene zich stelt onder het opzicht van de kerk.