Ordinantie voor het diaconaat.

 

I. Het diaconaat.

Artikel 2.

De gemeenteleden en het diaconaat.

De leden der gemeente geven gehoor aan hun diaconale roeping en dragen de arbeid der diakenen, met name
door onderling dienstbetoon en bijstand aan allen, die hulp behoeven;
door zich persoonlijk beschikbaar te stellen voor bijzondere werkzaamheden in de dienst der barmhartigheid;
door gaven bij de inzamelingen in de kerkdiensten en door op andere wijze gelden of goederen bijeen te brengen; en
door de gelegenheid te benutten om in het burgerlijk leven sociale diensten te verrichten.