Ordinantie voor het pastoraat.

 

III. Het vacant worden van een predikantsplaats.

Artikel 14.

Opvolging van een beroep.

Een naar een andere standplaats vertrekkend predikant wordt door de kerkeraad in een onder leiding van de consulent te houden vergadering, van zijn band met de gemeente losgemaakt en ontvangt daarbij een gedateerde en door het breed moderamen der classicale vergadering voor gezien getekende acte van losmaking, ingericht naar het model, vastgesteld bij generale regeling.