Heuvel, P. van den

Hervormde wijkgemeente binnen het SoW-proces

Genre: Literatuur, Bladartikel

|345|

Hervormde wijkgemeente binnen het SoW-proces

 

Vanuit een centrale gemeente werd mij een vraag voorgelegd die betrekking heeft op de positie van een wijkgemeente binnen het voortschrijdende SoW-proces. Omdat ongetwijfeld meer (wijk)gemeenten met deze problematiek te maken hebben of krijgen, ga ik er in deze rubriek nader op in. Ik geef eerst een gedeelte door uit de brief waarin de situatie ter plaatse wordt beschreven. We merken dan al direct hoe gecompliceerd zulke situaties soms kunnen zijn! De briefschrijver bericht als volgt:

‘Onze centrale gemeente is ingedeeld in 12 wijkgemeenten, waaronder een buitengewone wijkgemeente en een orgaan van bijstand voor de vereniging van vrijzinnig hervormden die als wijkgemeente functioneert. Voor regionale werkzaamheden zijn er regiokerkenraden gevormd (die in de kerkorde buurtkerkenraden heten, ord. 2-16). De afvaardiging naar de centrale kerkenraad is geregeld vanuit de wijkkerkenraden, waarbij met de regio-indeling rekening wordt gehouden. Dit alles is vastgelegd in de plaatselijke regeling (ord. 2-13-1).
Het SoW-proces heeft geleid tot groeiende contacten tussen hervormden, gereformeerden en lutheranen. De ene regio is daarin verder dan de andere. In sommige regio’s is al een federatie-overeenkomst gesloten, in een andere is het gesprek daarover op gang gekomen. Op centraal niveau is er nog geen federatie-overeenkomst (daar wordt wel aan gewerkt), maar de vergaderingen van de hervormde centrale kerkenraad (CK) en de gereformeerde kerkenraad algemene zaken (KAZ) worden wel gezamenlijk gehouden, waarbij ook een afgevaardigde van de evangelisch-lutherse gemeente aanwezig is. In deze gezamenlijke vergaderingen worden de besluiten apart genomen, in het bijzijn van de ander.
De CK heeft besloten om de regio’s voortaan wijken te noemen en de wijken de naam van wijkdelen te geven. (Voor de nog niet gefedereerde regio is dit uiteraard zeer verwarrend). De nieuw gevormde wijken en wijkdelen hebben hervormd/gereformeerde wijkkerkenraden c.q. wijkdeelkerkenraden. Eén van de hervormde wijkgemeenten heeft een confessionele signatuur. Haar is beloofd daarmee in de toekomst rekening te zullen blijven houden. Op grond daarvan is zij in de federatie meegegaan.’

Vervolgens legt de briefschrijver de concrete vraag op tafel die aanleiding gaf tot zijn schrijven:

‘Wegens terugloop van inkomsten, zowel bij gereformeerden als hervormden, is er door een SoW-commissie een plan opgesteld tot sluiting van diverse hervormde kerkgebouwen. Dit plan is door de CK en KAZ overgenomen en gepresenteerd aan de wijk(deel)kerkenraden.
Nu is aan de wijkkerkenraden nieuwe stijl (dus de vroegere regiovergaderingen) gevraagd om hun visie op de plannen te geven. Ook van de regio die nog niet is gefedereerd, wordt verwacht dit op regioniveau te doen.
Is dat juist? Op centraal niveau is er nog geen sprake van federatie. Ook zijn er nog verschillende hervormde wijkgemeenten die nog niet zo ver zijn. Bovendien gaat het om hervormde kerkgebouwen. Behoort de centrale kerkenraad zich niet, volgens het hervormd kerkrecht, te richten tot de (nog bestaande) hervormde wijkkerkenraden? Deze zullen zich over de zaak moeten uitspreken. De KAZ kan zich op zijn beurt richten tot de gereformeerde wijkkerkenraden, die hun visie over deze zaak geven. Is deze zienswijze juist?'

Antwoord: Voordat ik inga op de concrete vraag over de besluitvorming met betrekking tot de hervormde kerkgebouwen, reageer ik op het verhaal over de regiokerkenraden.
‘De CK heeft besloten om de regio’s voortaan wijken te noemen’. De brief vermeldt niet hoe dat alles in zijn werk is gegaan, maar ik wijs er op dat daarmee een ingrijpende beslissing is genomen! Dat betekent immers dat de wijkgemeenten als zelfstandige grootheden zijn opgeheven en dat de wijkkerkenraden alle bevoegdheden hebben verloren. In de vroegere situatie lagen de bevoegdheden bij de wijkkerkenraden: zij benoemden uit hun midden enkele ambtsdragers tot lid van de buurtkerkenraad (daar regiokerkenraad genoemd). In de plaatselijke regeling was bepaald hoe de werkzaamheden tussen de centrale kerkenraad, de regiokerkenraad en de wijkkerkenraad waren verdeeld.
In de nieuwe situatie is de regiokerkenraad de eigenlijke wijkkerkenraad die alle bevoegdheden van de wijkkerkenraad uitoefent. De vroegere wijkkerkenraad is nu ‘wijkdeelkerkenraad’ geworden, dat klinkt indrukwekkend maar het is in feite niet meer dan een sectie van een kerkenraad. Een sectie heeft geen ambtelijke status en geen ambtelijke bevoegdheden: een deelraad is er slechts voor onderling overleg, bijvoorbeeld over de verdeling van de pastorale werkzaamheden.
Wanneer men tot een dergelijke schaalvergroting besluit zal in elk geval daarvoor de plaatselijke regeling gewijzigd moeten worden en zal aan alle betrokken wijkgemeenten duidelijk moeten worden gemaakt wat van deze wijziging de consequenties zijn. De mededeling dat de CK besloten heeft om de regio’s voortaan wijken te noemen is daarvoor zeker niet toereikend.

De CK en de KAZ hebben nu een plan tot sluiting van hervormde kerkgebouwen gepresenteerd. Kunnen zij dat doen als ze zelf nog niet gefedereerd zijn? Naar mijn mening is dat zeker mogelijk. Twee kerkenraden kunnen afspreken om hun beleid voor de toekomst op elkaar af te stemmen en elkaar te raadplegen bij bepaalde aangelegenheden. Het zou niet verstandig zijn, als men in de toekomst tot nauwere samenwerking wil komen of wil federeren, om daarmee geen rekening te houden bij het gebouwenbeleid. Ik ken de situatie ter plaatse in het geheel niet maar de spreiding van de gebouwen, de staat van onderhoud, de vergaderfaciliteiten of andere omstandigheden kunnen ertoe doen besluiten dat er enkele hervormde kerkgebouwen moeten worden gesloten. Een dergelijk besluit moet aan de wijkkerkenraden worden voorgelegd. De vraag is nu: aan wie?

In de wijkgemeenten die een goedgekeurde federatie-overeenkomst hebben waarin de ‘Interimregeling de kerkenraad en het consulentschap’ van toepassing is verklaard, fungeren de gereformeerde en hervormde (wijk)kerkenraden gezamenlijk optredend als (wijk)kerkenraad van de hervormde gemeente. In dit geval behoort dus het besluit aan de gefedereerde wijkkerkenraad te worden voorgelegd. Dit is in overeenstemming met het hervormde kerkrecht, omdat ook de Interimregeling als een generale regeling tot de hervormde orde der Kerk behoort.
In alle andere gevallen (dus als er nog geen goedgekeurde federatie-overeenkomst is, als de genoemde interimregeling niet van toepassing is verklaard, of als er in het geheel niet van federatie of samenwerking sprake is) behoort het besluit te worden voorgelegd aan de hervormde wijkkerkenraad. Er is natuurlijk geen bezwaar tegen om het ook aan gereformeerde kerkenraden om commentaar voor te leggen. Maar de hervormde wijkkerkenraad mag zeker niet gepasseerd worden.
Het is zaak erop toe te zien dat de hervormde wijkkerkenraden in het kader van de samenwerking en/of federatie niet van hun kerkordelijke rechten en verantwoordelijkheden worden beroofd.